Nieuws

Op reis naar Midden Amerika

De afgelopen maand reisde onze collega Michelle Steggerda naar Midden Amerika, om op bezoek te gaan bij enkele PlusPlus ondernemers. Speciaal voor PlusPlus zette zij haar ervaringen op papier. Lees mee hoe zij Midden Amerika beleefde in dit persoonlijke reisverslag.

 

Hoi, ik ben Michelle Steggerda van het PlusPlus Investment Team en ik neem je in deze reisblog mee naar Honduras en Nicaragua. Afgelopen maand bracht ik samen met Lars, onze Investment Manager, een bezoek aan onze lokale collega's die verantwoordelijk zijn voor het scouten en ondersteunen van nieuwe bedrijven voor PlusPlus. Tijdens dit bezoek hebben we veel bedrijven bezocht die reeds zijn gefinancierd door crowdfunders van PlusPlus of die zijn geïnteresseerd in een lening via PlusPlus.

 

Honduras

‘We hebben toch wel koffie bij het ontbijt morgen hè?’, vragen we op de eerste dag aan onze gastvrouw van het hotel in Honduras. ‘Un cafesito es lo mas importante’ (‘een kopje koffie is het allerbelangrijkste’) is haar antwoord. En hoe belangrijk koffie hier is, daar komen we de komende dagen steeds meer achter.

Koffieboer zijn in Honduras is een “lifestyle”. We rijden van Comayagua naar Marela, en passeren veel kleinschalige boerderijen van 3 tot 5 “manzanas” (1 manzana = 0,7 hectare), waarop men een mix van koffie en bananen verbouwt. De banaan biedt de boeren een vaste inkomstenstroom, want je kan ze constant oogsten en er zo elke week een paar dollar aan verdienen. Koffie is een seizoen product -de oogst is van november tot maart- en de prijs fluctueert veel meer. Toch blijft men koffie verbouwen, want dat is wat men altijd al heeft gedaan. Het is onderdeel geworden van de cultuur.

Door klimaatverandering wordt het op sommige plekken te heet om nog goede koffie te verbouwen. Men stapt over op andere rassen, die helaas vaak minder verfijnde koffie en dus minder geld opleveren. Een andere optie is om bosbouw-bomen tussen de koffiebomen te planten; als deze volgroeit zijn bieden ze schaduw en dus een koeler microklimaat. Ook halen deze bomen C02 uit de atmosfeer; in de toekomst kunnen boeren hiervoor betaald worden met “carbon credits’, en op die manier een extra bron van inkomsten genereren.

 

Koffiecoöperaties

De meeste koffieboeren zijn verenigd in coöperaties. Samen sta je sterker dan alleen, en de voornaamste taak van coöperaties is dan ook om de koffie van haar leden te aggregeren en voor een goede prijs verkopen. Maar er zijn ook veel coöperaties die hun leden voorzien van inputs (zoals jonge planten of mest) en ze helpen bij het verkrijgen van fairtrade of biologische certificering.

Cafe Pule Lenca is zo’n koffiecoöperatie. Ze zijn het eerste bedrijf in Honduras dat een lening heeft ontvangen via PlusPlus. Met trots ontvangen de leden van Pule Lenca ons op hun terrein. Onze lokale collega vertelt dat de kantoorgebouwen een jaar geleden, toen ze hier voor het eerst kwam, nog in aanbouw waren. Nu ziet het er strak uit. Vanaf de 1e verdieping heb je een panorama blik over de rest van het terrein: een compostfabriek, zaailingen voor bosbouw-bomen, en een mix van koffie, banaan en bosbouw-bomen.

We gaan met het bestuur van Cafe Pule Lenca in gesprek. Marco Tulio, de president van de coöperatie en zelf ook koffieboer, begint meteen met trots te vertellen over de compost. Sinds 2017 produceert de coöperatie zelf biologische compost voor haar leden, voor milieuvriendelijke bemesting van hun gewassen. Tot de PlusPlus lening konden ze 50% van de 71 leden daarin voorzien. Door de 2 PlusPlus leningen van in totaal EUR 50,000 kunnen binnenkort 100% van hun leden van compost voorzien. De eerste resultaten van de switch van chemische fertilizers naar compost zijn al te zien: de productiviteit is met 50% omhoog gegaan en de kwaliteit van de bodem is flink verbeterd. Bovendien is het vanwege de hoge prijzen van chemische meststoffen ook veel aantrekkelijker geworden voor leden om over te stappen naar compost.

Nidia Vargas, de secretaris van de coöperatie, neemt het woord over. Ze vertelt dat ze als doel hebben om meer vrouwelijke leden aan te trekken. Dit doen ze door het geven van trainingen en het weghalen van belemmeringen. De grootste belemmering voor vrouwen om lid te worden van de coöperatie is dat ze formeel geen eigenaar zijn van het land waarop ze koffie verbouwen. Daarom helpt de coöperatie hen met landregistratie en soms ook met overleg met hun echtgenoten.

In het lange en interessante gesprek met de bestuursleden blijkt sterk dat ze zelf ook boer en eigen ondernemer zijn, en daardoor dichtbij de realiteit van boeren zitten. Aan het eind van het gesprek geven de bestuursleden ons ook feedback mee over het investeringstraject van PlusPlus; hier zijn we blij mee en dit zullen we zeker meenemen naar de toekomst!

 

Live verbinding tussen PlusPlus investeerders en ondernemers

Na afloop van het gesprek gaan we naar de opslagruimte van koffiebonen, die momenteel vanwege het seizoen leegstaat. De ruimte is ingericht als een conferentiezaal waar straks een aantal andere ondernemers zullen arriveren. Aan alles blijkt dat er zorg is gedragen om iedereen te ontvangen. De muur is versierd met mooie letters die de woorden “ontmoeting PlusPlus” en “welkom bij Cafe Pule Lenca” maken, er zijn verse bloemen neergezet en er staan schilderijen van een lokale artiest (ook een lid van de coöperatie). Uiteraard is er ook koffie voor alle deelnemers.

Nadat de ondernemers van 4 koffiecoöperaties, 1 honingbedrijf en 1 sap bedrijf zijn binnengestroomd maken we via de beamer een live verbinding met een aantal investeerders van PlusPlus. De investeerders die online meedoen de kans om vragen te stellen aan de coöperatie. Daarna komen er ook vragen vanuit ondernemers in de zaal aan de investeerders. Zo wordt er bijvoorbeeld gevraagd naar de drijfveren van de investeerders om in projecten zoals Cafe Pule Lenca te investeren.

Het is heel bijzonder om deze live verbinding tussen investeerders en ondernemers te aanschouwen. Voor de ondernemers geeft de live verbinding meer tastbaarheid aan crowdfunding, wat voor velen een nieuw concept is. Het feit dat ze de moeite hebben gedaan om hierheen te komen -sommigen hebben wel 5 uur gereden om hier te komen- geeft een blijk van interesse voor wat we als PlusPlus proberen neer te zetten: betaalbare, directe leningen aan agri-ondernemers die impact maken.

 

Nicaragua

Een paar dagen later rijden we vanuit Honduras de grens over naar Nicaragua. Het mondkapje kan hier af, en we gaan verschillende loketten door. Volgens onze lokale collega’s gaat het voor Nicaraguaanse begrippen allemaal erg rap. Slingerend door de met vegetatie bedekte heuvels rijden we richting Matagalpa, onze volgende stop. In Matagalpa kunnen we wat vrijer rondlopen dan in Honduras, en er is hier ook een stuk minder bewaking te zien.

 

Denken aan de toekomst

In Matagalpa gaan we langs bij Cosecha, waarbij we spreken met de programma manager Walter en de financiële man Paul. Ze hebben de eerste lening van PlusPlus goed kunnen gebruiken voor de voorfinanciering van cacaobonen. Het was een verademing dat ze hierdoor de cacaoboeren meteen konden betalen en weinig stress hadden om de betalingstermijn van de klant. Aangezien het cacaoseizoen inmiddels voorbij is, verwachten ze de lening binnenkort vervroegd af te kunnen lossen.

Naast cacaoboeren werkt Cosecha sinds kort ook met koffieboeren, waar ze macadamiabomen introduceren. Macadamiabomen zullen op termijn voor een extra bron van inkomsten zorgen en beter bestand zijn tegen klimaatverandering dan koffiebomen. Aan de hand van de uitgebreide presentatie wordt het me duidelijk dat Cosecha verder denkt dan één seizoen en een impactvol en  toekomstbestendig bedrijf wilt zijn.

 

Ondernemen in Nicaragua

Rijden door Managua, de hoofdstad van Nicaragua, is geen sinecure. Het verkeer is druk en chaotisch. Tussen de auto’s zie je soms ook nog paardenkarren. Volgens onze collega’s is Managua de enige hoofdstad in Centraal Amerika waar dit nog voorkomt.

Op de laatste dag van ons programma brengen we samen met honing-ondernemers Aurora en Hector een bezoek aan een vestiging van La Colonia, de supermarkt keten van Centraal Amerika. Ze nemen ons mee langs al hun producten die in de schappen liggen: honing, honingzeep en pollen. Ook gaan we langs een drogisterij die hun best-lopende product verkoopt: een hoestdrankje van honing, gember en citroen.  

Als we vervolgens met Aurora en Hector in hun kantoor zitten wordt het me steeds meer duidelijk dat dit echte ondernemers zijn. Ze zijn constant bezig met productontwikkeling en het uitbreiden van hun klantenbestand. Ook helpen ze andere kleine ondernemers door hun producten -tegen betaling- te vermarkten bij verschillende retailers. Hun probleem is niet dat ze te weinig winst maken, maar dat ze vaak een gebrek hebben aan cash om de producten voor te financieren. Een kleine lening via PlusPlus zou hun al enorm verder helpen.

 

Terugblik

Na de intensieve week in Honduras en Nicaragua heb ik een stuk meer bewondering gekregen voor het werk van onze collega's, die er goed in slagen om de brug te slaan tussen de realiteit van de ondernemers en de criteria en processen van PlusPlus. Ook heb ik me nog beter gerealiseerd dat de timing van de leningen cruciaal zijn voor de meeste agrarische ondernemers aangezien ze met seizoenschommelingen te maken hebben. Daarnaast blijkt dat euro leningen in landen in Centraal Amerika niet ideaal zijn en dat we naar alternatieven moeten kijken. Al met al zijn we een stuk wijzer geworden van dit bezoek en hebben we een hoop input gekregen op het vraagstuk hoe we de deal origination op een succesvolle manier op kunnen schalen in Centraal Amerika.