Nieuws

Nieuw bij PlusPlus: uitlenen aan boeren via een microkrediet instelling

PlusPlus heeft iets nieuws. Deze maand kan je bij PlusPlus geld uitlenen aan boeren via een lokale microkrediet partner. Een indirecte lening dus. Waarom is dat anders dan een directe lening? En wat zijn de voor- en nadelen? Onze CEO Peter Heijen legt het uit...

 

Tot nu toe kon je op PlusPlus.nl alleen directe leningen geven. Een lening die rechtstreeks gaat naar het bedrijf van jouw keuze dus. Waarom biedt PlusPlus nu dan ook leningen via een microkrediet partner?

Peter: “PlusPlus wil banen creëren in arme landen, dat is onze missie. In die landen is vooral veel armoede op het platteland. De werkgelegenheid daar komt vanuit de agrarische sector, maar de meeste boerenbedrijven zijn heel kleinschalig, met minder dan 1 hectare land. Deze boeren hebben behoefte aan kleine leningen, van bijvoorbeeld 1.000 euro of nog minder. Voor PlusPlus is dat niet te financieren, de bedragen zijn te klein. Maar dit soort kleine leningen zijn wel belangrijk, ze maken direct verschil voor de boer en zijn of haar werknemers. Daarom steunen we bij PlusPlus veel coöperaties, waarin groepen boeren zich aaneengesloten hebben. Via zo’n coöperatie hebben de aangesloten boeren toch toegang tot financiering.

Maar je kunt kleinschalige boeren ook bereiken via een microkrediet instelling, een zogeheten MFI (micro finance institution). Zij zijn erin gespecialiseerd om kleine leningen te verstrekken aan hun individuele klanten. Doordat ze voldoende schaal hebben kunnen ze dat op een kostefficiënte manier doen. Voor boeren die niet lid zijn van een coöperatie is dat hun beste - en meestal enige – optie voor financiering. Voor PlusPlus moet het wel een MFI voor de agrarische sector zijn, waar boeren terecht kunnen. En die hebben we nu gevonden.”

 

Waar moet zo’n microkrediet partner nog meer aan voldoen om met PlusPlus samen te kunnen werken?

Peter: “Om met PlusPlus samen te werken moet de MFI dus in elk geval 100% op het platteland werken. Ook moeten ze een duidelijke sociale doelstelling hebben. We willen geen commerciële MFIs die hun klanten hoge rentes vragen om veel winst te kunnen maken. In bepaalde landen zijn er MFIs die rentes van meer dan 50% rekenen aan hun klanten. Dat willen we dus niet, het winstoogmerk moet nul of zeer beperkt zijn. 

Bij microkrediet liggen de kosten hoog. Al die kleine leningen moeten gemanaged worden, er moet administratie worden bijgehouden en terugbetalingen moeten worden gevolgd. Dat brengt kosten met zich mee. Maar met voldoende schaal kan een microkrediet instelling dit kostefficiënt doen en de rente voor hun klanten laag houden.

Bovendien zijn er veel MFIs die een sociale bedrijfsstructuur hebben. Dan is juridisch vastgelegd dat de winst gedeeld wordt met doelgroep. Onze nieuwe partner CLECAM is daar een mooi voorbeeld van. Deze microkrediet instelling is opgezet door 2 boerencoöperaties en hun leden, de boeren zelf, zijn allemaal aandeelhouders. Wanneer CLECAM winst maakt, dan gaat die winst weer naar de boeren.

Tenslotte moet de MFI wel financiële stabiliteit hebben. Het moet een ervaren instelling zijn die bewezen heeft dat ze dit kunnen. Voldoet een microkrediet instelling aan deze voorwaarden, dan is het voor PlusPlus een heel efficiënte manier om boeren op het platteland te bereiken. Het past goed in onze missie.”

 

Bij een lening via een microkrediet partner gaat het om een indirecte lening. Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen een directe en een indirecte lening?

Peter: “Het nadeel van een indirecte lening is dat het duurder is, omdat er een organisatie tussen zit. Maar soms is dat wel de beste manier om meer mensen te bereiken. Vaak is het zelfs de enige manier. Vraag maar eens aan een boer in bijvoorbeeld Oeganda hoe zij geld kunnen lenen. Als dat überhaupt al kan dan is dat niet bij een bank, dan is dat bij een lokale microkrediet instelling.

Het voordeel is dat bij een indirecte lening de risico’s meer gespreid worden. Bij een directe lening kies je weliswaar zelf aan wie je uitleent, als diegene de lening niet volledig terug kan betalen ben je dat geld kwijt. Doordat een MFI meerdere leningen heeft uitstaan kunnen zij hun risico’s spreiden en eventuele verliezen beter opvangen. Dat geldt ook voor verlies door wisselkoersverschil. Soms, zoals bij CLECAM, wordt het risico voor wisselkoersverlies gedragen door een grote donor. Als de wisselkoers ongunstig uitvalt, dan zijn de kosten niet voor rekening van CLECAM of hun klanten, maar compenseert de donor het verschil. Dat biedt extra zekerheid. Voor de partner zelf, voor de boeren die bij hen lenen, maar ook voor PlusPlus investeerders die het project steunen.”

 

Betekent dit dat PlusPlus dit soort indirecte leningen vaker gaat aanbieden?

Peter: “Dat kan ja, maar alleen wanneer de microkrediet partner voldoet aan onze voorwaarden. Is dat het geval, dan is het een mooie, aanvullende manier voor PlusPlus om nog meer impact te maken.”